Belgische loodsjollen terug in Nederland

Onlangs zijn door 5 enthousiaste Friezen 4 loodsjollen opgekocht bij het Belgische Loodswezen. Ze werden daar afgedankt na jarenlange arbeid en een aantal jaren op de kant staan. Via Domeinen konden deze in Nederland gebouwde schepen worden aangekocht, om op de Friese wateren het “op de oude dag” na een renovatie het wat rustiger aan te doen

Een boot met historie

In opdracht van het toenmalige Rijksloodswezen en betonningsdienst werden in Nederland vele overnaadse loodsjollen in iepenhout gemaakt. De bouw van deze schepen vond plaats bij jachtwerf Wester in Woubrugge en de rijkswerf Willemsoord in Den Helder. De bijna 2000 kg zware boten werden gestationeerd op de loodstenders en de verschillende betonningsvaartuigen.

De meeste loodsjollen zijn in iepenhout uitgevoerd daar deze houtsoort het meest buigzaam bleek. Normaliter stonden de loodsjollen op het dek van de loodstender. Wanneer een zeeloods aan boord gebracht moest worden van een zeeschip ging de jol met een kraan overboord. Wanneer het karwei was geklaard kwam ‘ie weer aan boord. Bij zware zeegang had de jol het zwaar te verduren wanneer deze bij het van en aan boord hijsen tegen de scheepswand beukte. Het loodswezen heeft nog een tijd geëxperimenteerd met een polyester loodsjol, overeenkomstig het houten model. Ondanks de zeer zware constructie van de jol bleek het polyester niet stevig genoeg. Tijdens het zware gebruik kraakte de boot langzaam maar zeker kapot tegen de stalen scheepswand. Vandaar dat later toch weer begonnen werd met het bouwen van houten exemplaren.

Van hetzelfde model zijn voor de marine ook zogenaamde werkjollen gebouwd voor aan boord van mijnenvegers van de Koninklijke Marine. Max Miché raakte zo enthousiast dat de complete geschiedenis, inclusief bouwnummers, van de Nederlandse loodsjol is terug te vinden op internet. Tijdens zijn onderzoek kwam hij er achter dat ook het Belgische Loodswezen met min of meer dezelfde jollen voer.

Holland-made en in België werkzaam

De Belgische loodsjollen kennen een lijnenplan en constructie welke min of meer gelijk is aan de Nederlandse loodsjollen. Een ding is echter verschillend  de overnaadse boten werden niet van iepen maar uit mahoniehout opgetrokken. Door het Belgische Loodswezen werden de boten besteld bij zover nu bekend drie Nederlandse werven. De werven Uringa uit Woudsend, Balkema uit Workum en sloepenbouwerij Fa. Wed. Abr. Blaak & Zn uit Hoogezand mochten voor de Belgen de verschillende loodsjollen bouwen.

Voordeel van de Belgische jollen ten opzichte van de Nederlandse exemplaren is, behalve dat ze van een duurzamere houtsoort, ook nog eens van een jongere bouwdatum zijn. Het Belgische Loodswezen gebruikt nog steeds de houten jol om de loodsen over te zetten, terwijl de Nederlandse loodsen al zijn overgestapt op snelle waterjet aangedreven aluminium loodsjollen.

Met pensioen in Friesland

De nu opgekochte mahoniehouten jollen hebben dienst gedaan in Oostende en Zeebrugge. In weer en wind en zware zeegang moesten deze boten hun werk doen. Het voordeel van deze zware boten is dat ze daardoor zo stabiel zijn als wat. Geen wonder, want in het ontwerp was er van uitgegaan dat maximaal 13 personen op een veilige wijze vervoerd moesten kunnen worden.

De laatste jaren stonden de loodsjollen echter werkeloos op de kade in Oostende. Via via kwam het bericht van verkoop van de Belgische Domeinen bij Arjen Kok uit Mantgum terecht. Na een bezichtiging in Oostende wist hij een clubje van 5 personen enthousiast te krijgen om op deze boten in te schrijven. Op 5 loodsjollen werd ingeschreven en tot ieders verassing werden er 4 toegewezen. Op de verjaardag van Sinterklaas, hoe kan het mooier, verzorgden  2 vrachtwagens het vervoer van Oostende naar Ylst in Friesland.

Daar liggen de vier loodsjollen voor de loods van Bootservice Theo de Vries. Bij dit bedrijf waar ook vele Pampussen, Regenbogen zijn gerenoveerd maar ook nieuwe Focussen van stapel lopen, zullen de loodsjollen een tweede leven beginnen. De bedoeling is middels duurzame epoxy-technieken de boten, met behoud van het originele karakter, voor eens en altijd voor het nageslacht te bewaren.  Moraal van dit verhaal is dat één van de vijf initiatiefnemers de boot, loodsjol, heeft gemist. Gelukkig varen er nog jollen in België rond. Wie weet volgt er een herkansing.