BELGISCHE LOODSWEZEN BLIJFT TROUW AAN HET HOUT  (1990)

Jan Balkema kreeg opdracht voor bouw loodsjol.

De vorige week werd proefgevaren met een houten overnaadse motorjol bestemd voor het Belgische loodswezen. Die proefvaart verliep bijzonder goed en de vertegenwoordigers uit het Belgenland waren dan ook helemaal tevreden over het product dat bij de werf van Balkema was gebouwd. De jol weegt totaal 1650 kilo en is voorzien van een 29 pk Volvo-motor. Deze motorjol krijgt als thuishaven Oostende en zal daar dienst gaan doen als volgboot bij een sleper.

In Belgi? zelf is het vakmanschap voor het nieuw houwen van loodsjollen al lang verdwenen. Zo kwam het Belgische Loodswezen al in 1968 in ons land terecht voor het laten bouwen van nieuwe loodsjollen. De opdracht voor het houwen van vier nieuwe loodsjollen kwam toen terecht hij de sloepbouwerij Fa. Wed. Abr. Blaak & Zn. Uit  Hoogezand   in 1972 ging men naar Uringa in Woudsend. Deze bouwde 6 jollen. Toen er weer enkele loodsjollen aan vervanging toe waren trok men wederom naar Friesland. Echter Uringa had  zijn activiteiten be?indigd. Men kwam terecht bij Jan Balkema, een collega van Uringa, die al jaren een jachtwerf in Workum aan het Zool heeft. Een bedrijf, waar vijf mensen bezig zijn met reparatie en restauratie  enz. Nu is het in Workum zo, dat werven elkaar onderling enorm helpen. Er zijn verschillende kleine bedrijven die regelmatig werk aan elkaar uitbesteden en het komt ook regelmatig voor dat ze gezamenlijk een grotere klus aannemen.

Jan Balkema deed voor het houwen van de romp van de loodsjollen een beroep op Jacht- en sloepenmakerij B. Porsius. een naam die vaak in een adem genoemd wordt met Jachtwerf J. Prins. Voor Porsius was het houwen van overnaads geklonken vletten dagelijks werk toen hij in de jaren zestig hij Bouhuijs in Durgerdam werkte. Er werden aan de hand van de tekeningen nieuwe bouwspanten gemaakt  en nadat de zware teakhouten kiel was gelegd. de gelamineerde eiken voorsteven was geplaatst. kon het werk echt beginnen. De romp moest 6,25 m lang worden bij een breedte van 2,22 m.

LOODSWEZEN BELGIE

In totaal heeft het loodswezen in Belgie 22 houten jollen in de vaart. Het oudste schip is dertig jaar en nog steeds in gebruik. In de periode 1972 tot 1977 zijn er bij een niet meer bestaande werf in Woudsend zes nieuwe boten voor Belgie gebouwd. Het is nu de bedoeling om de drie oudste schepen uit de serie van 22 te gaan vervangen en Balkema gooit hoge ogen om deze order binnen te slepen. De besprekingen daarover zijn nog gaande. En nu blijkt dat de Belgen zeer kontent zijn met hetgeen in Workum gestalte kreeg, zijn de kansen op het binnenhalen van de ‘rest’-order voor Balkema gestegen.

HOUTBOUW TROUW

In Belgie blijft men bij het loodswezen houtbouw trouw. Door het gebruik van de modernste materialen en houtverfsystemen is zo’n houten schip nagenoeg onderhoudsvrij. De vorm van de gebruikte schepen bij het loodswezen in Belgie  dateert al uit 1958 en heeft zich door het lange gebruik ook al lang bewezen. Het ingebrachte drijfvermogen zorgt voor onzinkbaarheid. Er worden schuimblokken, gewikkeld in vlamwerend doek, in de zijkanten geplaatst. Tussen de overnaadse gangen wordt speciaal marinekit gesmeerd. Om alles tijdig klaar te krijgen zijn extra krachten ingeschakeld en konden de firma’s Prins en Porsius assisteren.

Bron: Friso en spiegel der zeilvaart